Het zwarte gat… …de Bianchi, de Bianchi en anders niets…
Na een goede start net voor en na de Eeuwwisseling, in het begin van mijn carrière, dacht ik op rozen te zitten om te slagen in mijn dromen. De roem, de aandacht om een vedette te zijn. Het knipoogde naar me. Het liep anders…in de koers, op het thuisfront, maar ook binnen de ploeg van Lamb Weston begon ik tegen muren aan te kletteren en stond een langer verblijf flink onder druk. Vooral nu in het huidige voorjaar van ’24 de regen met bakken uit de lucht valt kan ik niet anders dan terugdenken aan mijn meest zwarte periode. Zwart als boorolie. Een periode, het zogenaamde zwarte gat, die iedere renner vreest als ie stopt. Echter, ik moest nog beginnen! Kort samengevat werd de grond onder mijn voeten weggemaaid, het contact met ouders verpulverd en de liefde explodeerde in al zijn voegen. Slechts de Bianchi kon ik uit het meest verzopen land tillen waarin ik volledig kopje onder dreigde te gaan…
Terug naar 17 dec 2007. Het is bitter koud en donker grijs. Precies zoals ik het wil net na de afgang op de Bolspolder, thuis, uit een verrotte boerderijovername die er nooit kwam.
Een intrieste aftocht. Afgedropen. Nagewezen met priemende vingers. Vernederd en vergald…Donkere dagen voor kerst…of lijkt dat maar zo? Ik voel het in ieder geval wel zo. Ik voel me slecht, leeg en vooral inspiratieloos. Waarom ik op het smalle zadel kruip? Het is me in feite een raadsel. Zodra ik mijn neus buiten steek voel ik de snijdende wind mijn gemoed in tweeën breken. Wat ga ik in godsnaam doen, waar doe ik het in godsnaam nog voor? Ik troost me aan de gedachte dat niemand me ziet. De ellende moet van mijn bakkes afdruipen…Ik zie af om in het bos te geraken. Het is stampen en ploeteren tegen de storm, mijn vingers zijn bevroren en mijn tenen staan krom van de kou. Het interesseert me geen moer, het is een vleugje in de immense pijn die ik met me draag…Mijn ogen tranen, mijn hart bonkt in mijn keel…en mijn benen zijn niet best, krachteloos. De misère die ik mezelf aandoe werkt, want ik kan weinig meer bedenken…5 rondjes circuit staan er op de planning, 5 rondjes mezelf helemaal naar de verdoemenis rijden. Ik mag het niet opgeven…ik mag er niet aan toegeven, daar ben ik te slim voor, maar de grote vraag is of ik het volhoud..? Ik moet mijn slechte gevoel uit zien te schakelen door niet meer na te kunnen denken en dat kan ik maar op 1 manier: afzien op de fiets. Het is op dit moment het enige wat ik nog op kan brengen om de Bols te kunnen vergeten. Mezelf terug zien te vinden. Gaat me dat ooit lukken…? Diep in het bos, zover mogelijk weg van alles en iedereen ligt mijn loodzware parkoers te wachten. Enkele minuten voor mijn start sta ik stil, trek ondanks dat het moordend koud is mijn jasje uit. Want ik ga hels te keer zo meteen, diep in het rood…krankzinnig zal ik me slopen. Alsof het een echte wedstrijd is sta ik nerveus te doen. De tijd zal niet liegen. Door het lastige parkoers ben ik in opperste concentratie om werkelijk zo hard mogelijk te gaan, alle risico’s nemend, geen seconde heb ik tijd om na te kunnen denken omdat ik onmenselijk aan het afzien ben. Na 5 ronden zet ik een tijd, ik klok af, maar kijk nog niet, dat is voor thuis. Ik kan niet meer, steen en steen kapot laat ik me languit vallen over mijn stuur…de enige vraag die me binnen valt is: ben ik diep genoeg gegaan om mijn gedacht uit te schakelen..? Het is te bizar voor woorden…ik ploeter me het bos uit. Een lange weg rest terug naar huis. De kou voelt minder erg. Ik ben kapot, ik voel niet veel meer…ik eet wat, voor de rest is het reppen om voor het donker binnen te zijn. Op de Rietveen in Steenbergen…cel 21 in dat verdomde blok van 4…Weer een dag verder. Niet meer dan dat. Nauwelijks kan ik mijn fiets in het schuurtje krijgen. De krachten zijn uit mijn lijf gevloeid door de inspanning en de helse weersomstandigheden. Alles doet zeer. Het zal een bittere route zijn naar de Draai van de Kaai, het is mijn rode draad, mijn houvast, ik zoek daar bevestiging, erkenning, mijn alter ego…snel naar boven, weg…weg van alles…Morgen weer trainen, afzien…het is alles of niks…uitgeteld zie ik een schim door mijn gedachten kronkelen met het balonnetje: het moet! Want dit gegesel van mezelf zal me uiteindelijk zo sterk maken dat ik kan functioneren als de Gustav…om te laten zien dat ik van waarde kan zijn in mijn ploeg waarin ik het nu ontzettend moeilijk heb. Ik presteer zwaar ondermaats en ben een draak van een collega of ploegmaat. Niet te benaderen of handelbaar met een extreem kort lontje. Die zwakheid moet uit mijn lijf…de emotie moet terug, de beleving…er moet body gekweekt worden en vooral benen. Het babyvet moet eraf, van binnen en van buiten.De mens is gemaakt om terug te vechten…vooral een coureur.
Daarom moest het gebeuren in de meest mooie koers die ik kon bedenken en wel de befaamde Draai van de Kaai in Roosendaal met zijn unieke parkoers aan de boorden van de Vliet. Het water waaraan ik een paar kilometer verderop opgegroeid ben op de boerderij. Vergane glorie…
Gaat de Bianchi mij dan verlossen door mij voorgoed het zwarte gat uit te rossen…?
12 B
De droom van de glorie… D Day!
Tweede maandag na de Tour. Dat kan slechts 1 ding betekenen, Draai van de Kaai. De belangrijkste dag van het jaar. Of misschien moet ik zeggen de belangrijkste koers. Want meer is er voor mij op dit moment niet. De spanning is om te snijden. De druk die ik mezelf opleg is immens, onmenselijk eigenlijk. Ik kan niet anders. Het is het enige wat rest. Mijn woordenboek is geslonken tot een enkel woord: winnen! Mijn lichaam heb ik opgeofferd op spartaanse wijze. Dat alles om mijn hoofd niet op hol te laten brengen door eindeloos te malen. Nee, de wil naar erkenning is de weg naar roem, naar eer, naar vrijheid. Meedogenloos ben ik voor mezelf. Het zit diep, pijnlijk diep. Verschroeiende gedachten zullen branden door de longen. We schrijven 2008. Roosendaal. Aan de boorden van de Vliet. 80 km, 30 ronden. De blik staat op kraken, bizarre gedrevenheid. Bereikbaar voor niks of niemand. Het moet. Vooral nu. Als de Draai nog een zeer belangrijke koers was voor amateurs met de top aan de start. Het werkt. Ik heb gevochten voor wat ik waard was om steeds beter te worden. Om de meest grote mislukking in mijn leven uit mijn kloten te batsen. Als het misselijkmakend gevoel gefaald te hebben tot onder in je tenen je uitgebeende lijf in bezit neemt zoek je naar verlossing. Dat kan maar door een ding bevestigd worden en dat is door hier als triomfator over de finish te gaan. Voor een luttele seconde dat ultieme gevoel te hebben waar ik zo naar hunker. Dat ik iets kan. Ik ben goed. Idioot goed. Maar is het zo’n dag dat alles klopt? Ik vergeet alles om me heen. Het dagelijkse leven. De sleur. Ik wil passie, glorie en emotie. Een ontploffing van vreugde. Een brok dynamiet. Dat is wat ik zie als ik in de spiegel kijk. De enige twijfel die ik heb is het gegeven dat ik van ver terugkom. Is het niet van te ver…? Ik wil er niet aan denken. Ik droom van een wonder. Het wonder van de Kaai. Ik wil het zo graag…
2 augustus 2008 notabene de verjaardag van pa…diep in de finale, na een loodzware strijd onder apocalyptische omstandigheden…want regen! De Kaai zindert van spanning…laatste ronde, in galop naar de laatste bocht…zoekend naar dat ene gaatje, loerend…een laatste keer schakelen, snelle blik links rechts, priemende ogen in diep gegroefde gezichten, hartslag 191…nu nu nu schreeuwt mijn gedacht op snoeiharde wijze net voor het ingaan voor de laatste bocht…de benen gillen van niet…’t moet …ik kan niet meer denken laat staan beslissen, als eerste vol door de laatste bocht…rakelings langs de boarding…de Kaai houdt zijn adem in…nog 100 verschroeiende meters…de streep op luttele meters, een bloedstollende sprint tussen kapot en stik kapot, schouder aan schouder, de Kaai schudt op zijn grondvesten, ik zie en voel niets meer, verdoofd van de verstikkende pijnen, dieper dan diep in mijn reserves, in een laatste zucht uit een totaal verkrampt lichaam zie ik door ’t zwart voor mijn ogen wazig mijn voorwiel op de verlossende meet geworpen…
Volkomen leeg zak ik diep over mijn Bianchi en bonkt er maar 1 ding door mijn kop die op barsten staat: is ’t genoeg…???
Een droomscenario…
12 C
Terugkeer... ...Volksronde op de Kaai!
Het was niet genoeg. Verre van. De eindstreep in de Draai van de Kaai van ruim 15 jaar geleden was een verlossing met een verrassend plot. Natuurlijk op de Bianchi. Voor veel publiek, enthourage tot en met in een loodzware koers. Het werd geen podium, niet eens een kartonnen medaille. In een zwaar bevochten strijd waarin het hele veld aan moten was gereden was het halen van een anonieme uitslag met het uitrijden van de koers het absolute maximum...Uitgewoond, meer dan alles gegeven tot ver over de grens leek ik finaal mislukt in mijn missie. Alweer!
Maar niets was minder waar. De uitslag in deze kraker op de Kaai zat 'm niet in het getalletje 22 in de einduitslag. Langzaam herrees ik naar nieuw elan. De uiterst pijnlijke wig die geslagen was tussen mij en zoveel, vooral pa en ma, was dichtgereden in een zinderende clash langs die machtige Draai rond de Vliet. Die dag had ik dan toch de benen die mijn wondertje deed uitkomen. Pa werd (terug) mijn grootste fan en tot aan zijn betreurde einde genoot ik van zijn kopmanschap die ongeëvenaard was.
De glimlach die lang verborgen ging onder een verbeten grimas en diep donkere ogen ontbolsterde op mijn smoelwerk, vooral als ik de trappers vleide van de Bianchi, in koers én gelukkig óók weer op de Grading. Ik pakte mijn allerlaatste kans niet met beide handen maar met mijn super benen, die dank spraken met een gouden glans. Benen van het mooiste diamant, hard en geslepen. Om vol gas te geven, niet te verzaken en mijn contract te waarderen.
Ik verhuisde eindelijk naar de polder op het schiereilandje Sint Philipsland. Meer en meer kwam de grinta terug in een lijf dat ongelooflijk scherp staat van het vele genieten op de pedalen met een zonnige kop leeg gewaaid van diepe zorgen. De laatste paar procentjes van mijn explosieve karakter zal ik er nooit uit weten te persen...ik beschouw het dan maar als doping als er echt op de tanden gebeten moet worden in koers of dat ik van me af moet bijten om mijn plekje te behouden op de Grading als er weer eens wind uit een klote hoek staat te wapperen op mijn kanis.
Vrijgevochten is mijn grootste zege. Die ga ik bevestigen door terug te gaan naar De Kaai. Geen immense druk meer die ik mezelf op leg om persé te willen winnen, maar vrijblijvend om een gezonde spanning om te zetten in een zo hoog mogelijke snelheid in een echte Volksronde. De echte Draai van de Kaai is niet meer, daar de unieke Draai rond de Vliet verdwenen is. Vergane glorie, geschiedenis. Zoals de teloorgang van de boerderij.
Mijn ploegmaten van mijn fantastische ploeg op de Grading zullen me begeleiden. De titel Nestor gaat er tijdelijk af en zal als kopman gepiloteerd worden in een grote aanloop vooraf naar de plaatselijke omlopen op de Kaai om het af te maken. Een exclusieve tussensprint als in een grote Ronde op weg naar de finale eind november van het 25 jarig jubileum. Opnieuw een rugnummer opspelden! Feest zal het zijn deze zaterdag 27 juli. Een voorschot wat er later nog komen gaat...
Onder het oog van de Polarbeer zal een mooie slag plaatsvinden. Het symbool van de Kaai. Je hebt knuffelberen, bruine beren, ijsberen en met uitsterven bedreigde beren... Laat mij deze dag een sterke beer zijn!
Laatste dag van mei '24
Gustav
Geen opmerkingen:
Een reactie posten